Leer lovikkawanten breien – Wanten
Wil je leren breien? Wij hebben educatieve filmpjes gemaakt die je stap voor stap door het breien loodsen. Daarbij laten de filmpjes duidelijk elke stap zien. Je bent van harte welkom om een klassiek kledingstuk als een muts,sjaal , raggsokken en lovikkawanten samen met ons te breien!
Leer lovikkawanten breien – Wanten
Wil je leren breien? Wij hebben educatieve filmpjes gemaakt die je stap voor stap door het breien loodsen. Daarbij laten de filmpjes duidelijk elke stap zien. Je bent van harte welkom om een klassiek kledingstuk als een muts,sjaal , raggsokken en lovikkawanten samen met ons te breien!
Designer: Järbo, Maja Karlsson
Foto: Bianca Brandon-Cox
Productnummer: 92495
Patroon informatie
GAREN Lovikka (100 % Ijslandse wol. Ca 100 g = 60 m)
GARNALTERNATIEF Garengroep 7 (LET OP! Garenverbruik & de vorm kan verschillen bij het wisselen van garen)
STEKENVERHOUDING Ca 14 st x 20 t in tricotst op nld 5 mm = 10 x 10 cm
MATEN dames (heren)
GARENVERBRUIK Ca 200 (300) g (kl 7601, natural white) restgarenn in kl 7391, baby pink en 7600, silver voor het borduren
NAALDEN 5 mm (sokkennaalden of een lange rondbreinaald bij magic loop)
EXTRA NODIG wolnaald, restgaren in afwijkende kleur.
Afw: afwisselend (elke tweede toer), afh: afhalen, afk: afkanten, AK: Averechtse kant, ai: achter insteken, in de achterste lus insteken, av.: averecht, Dstk: Dubbele stokje, gedr.: achter insteken, gedraaid breien, GK: goede kant, herh: herhalen, HK: hoofdkleur, Hstk: Halve stokje, HV:Halve vaste, Ksteek: kantsteek, kl.: kleur, kab: kabel, k.n.: kabelnaald, L: losse, LLM: naar links leunende meerdering: steek linker naald van voor naar achter onder horizontale draad tussen de steken. Brei door de achterste lus een rechte steek, LLM2: Naar links leunende meerdering 2 steken: steek linker naald van voor naar achter onder horizontale draad tussen de steken. Brei door de achterste lus een rechte steek, haal deze niet af, brei in de achterkant van dezelfde steek nogmaals, haal af, 2 steken gemeerderd, LLAV: Naar links leunende averechte meerdering: steek linker naald van voor naar achter onder horizontale draad tussen de steken. Brei door de achterste lus een averechte steek. m: markeerder, m.overh.: markeerder verplaatsen van de linker naald naar de rechter naald, mind: minderen/mindering, M1: maak 1 = meerderen door verbindingslus op te halen, ribst: ribbelsteek, r: recht, RLM: naar rechts leunende meerdering: steek linker naald van achter naar voor onder horizontale draad tussen de steken. Brei met deze lus een rechte steek. RLM2: Naar rechts leunende meerdering: steek linker naald van achteren naar voren onder horizontale draad tussen de steken, haal deze niet af, brei in de achterkant van dezelfde steek nogmaals, haal af, 2 steken gemeerderd. RLAV: Naar rechts leunend, averechte meerdering: steek linker naald van achter naar voor onder horizontale draad tussen de steken. Brei met deze lus een averechte steek, overh.: overhalen, omsl: omslaan, PM: plaats markeerder, sam: samen, st: steek, steken, Stk: stokje, Stk-gr: stokje-groep t.: toer, VK: Verkeerde kant, 1overh. 1r.overh: haal 1 steek over, 1 steek recht breien en haal de overgehaalde steek over de gebreide steek. 3dbst: Driedubbele stokje, 5lstb: steekboog met 5 losse.
Lees eerst het hele patroon door om onduidelijkheden te vermijden.
Markeer de gekozen maat met een gekleurde pen zodat het makkelijker is het patroon te volgen.
Brei/haak altijd een proeflap: Wij raden aan om eerst een proeflap van 12 x 12 cm te breien/haken om de steekverhouding te kontrolleren. Kies evt. een dikkere of dunnere naald om de juiste steekverhouding te krijgen.
Telpatroon; Het is makkelijker het telpatroon te volgen als u een liniaal legt, langs de rij die u aan het breien bent.